Foto 12 April 2019 Kick Oort
Ulftseweg 26 – 28. De laatste bewoners waren de familie Bart Kolks en de familie Theet en Doortje Gries. Deze foto is uit circa 1985.
Bron : contactorgaan ADW augustus 1989
Auteur B.J. Dorrestijn Silvolde
Het Klompshuis en de pastorie te Silvolde.
In “Met het oog op Silvolde” wijst H.L.J. Kolks ons de ligging van de pastoriegronden aan. Het pastoriebezit lag o.a. in de rechthoek tussen de Heelweg/Ulftseweg en de Wiele. De lage gronden langs de Wiele fungeren tot op de dag van vandaag als weiland, de hogere gronden langs de Ulftseweg deden dienst als bouwland, maar worden thans vrijwel geheel door woningen en winkels ingenomen. Het kan haast niet anders of het Klompshuis, ten zuidoosten van de hervormde pastorie, is op oud pastorieland gebouwd. Het ligt daar wat weggescholen achter de huizenrij aan de Ulftseweg, maar het heeft door middel van een eigen uitweg het contact met de weg toch duidelijk weten te behouden. Bovendien biedt de uitrit van de pastorie en de sportzaal de Wiele het nodige comfort aan ’t witgepleisterde Klompshuis in Silvolde.
Volgens de kadastrale gegevens van 1830 is Jan Willem Wensink in die tijd eigenaar van het huis en de omliggende tuingrond. Het huis meet 126 ca. en draagt nummer E 548, de tuin is 590 ca. groot en draagt nummer E 547.
volgens mijn interpretatie van de bevolkingsregisters woont Wensink in 1826 nog bij Hogenkamp aan de Egginkstraat maar heeft hij in 1829 zijn intrek genomen in een nieuw huis in het dorp. Dit doet me vermoeden dat genoemde Jan Willem Wensink het huis heeft laten bouwen en wel omstreeks 1828.
In 1843 vertrekt de familie Wensink naar de gemeente Gendringen en staat het huis, althans volgens het bevolkingsregister, ongeveer anderhalf jaar leeg. Dat is niet best voor een huis. Leegstand roept maar spoken en griezelverhalen op!
In 1845 wordt klompenmaker Roelof Stoltenborg uit Ambt Doetinchem eigenaar en bewoner. Roelof Stoltenborg en zijn vrouw, Antje Tervoert, zijn respectievelijk in 1808 en 1813 geboren. Op 1 januari 1850 vertrekken ze weer naar Ambt Doetinchem (Gaanderen, Oosseld, IJzenvoorde, Slangenburg, Langerak).
Volgens ’t bevolkingsregister staat het huis weer ruim een jaar leeg, dit tot maart 1852 wanneer commies Coenraad Schreuder en echtgenote, Geesje Margaretha Oltmans, en kinderen in Silvolde neerstrijken. Maar in november van hetzelfde jaar trekt de familie al naar Logchem. Het echtpaar Schreuder en de kinderen Johanna Everdina, Albert Gerrit en Francisca Eliza hebben derhalve geen ouderwetse Silvoldse winter mee gemaakt. Van november 1852 tot medio 1859 is het huis het domein van stukadoor Joseph Vallee en gezin. Vallee is in 1819 in Anholt geboren en zijn echtgenote, Maria Jacoba Imans, in 1821 in de stad van Leijden.
Op 6 oktober 1853 overlijdt het oudste kind, de op 20 oktober 1852 te Gendringen geboren Maria Johanna Wilhelmina. In 1855 wordt weer een Johanna Wilhelmina geboren, maar ook dit meisje wordt niet oud en overlijdt op 18-02-1858. Of Henriëtta Josefia van 1857 en Jeanetta Aplonia van 1858 volwassen geworden zijn onttrekt zich aan onze waarneming omdat de Vallee’s in 1859 met onbekende bestemming vertrekken.
Hierna nemen de hoogbejaarde Anthonij Noij en zijn dochters Antoinetta Wilhelmina en Johanna Hendrina hun intrek. Deze gaan in 1870 woningruil aan met de familie Zinsmeester-Vlasboom van het pand Ulftseweg 25 (huidige adres). De Zinmeesters nemen na een jaar al weer afscheid van het huis om plaats te maken voor voerman Antonius Jacobus Arentsen en echtgenote Maria Francisca Berentsen en kinderen.
In 1874 verkoopt de familie Stoltenborg het huis aan Gerrit Jan Groot Nibbelink, de boer van Velds in de Lichtenberg.
De Arentsens maken in hetzelfde jaar plaats voor het echtpaar Derk Jan Gemmink en Hermina Meurs en kinderen. Op 11 maart 1876 overlijdt Gerrit Jan groot Nibbelink en in het daarop volgende jaar trouwt zijn weduwe , Dina Johanna Vossers, met Engelbert Klomp, geboren te Gendringen op 8-3-1843. Engelbert Klomp is geen onbekende in Silvolde, want hij is al een jaar of tien organist van de hervormde kerk. “Muziekmeester” Engelbart Klomp is niet in de wieg gelegd om boer op Velds te worden, reden waarom het jonge paar al snel besluit de boerderij vaarwel te zeggen om in het huisje in het dorp te gaan wonen, natuurlijk met medeneming van de op 11 october 1869 geboren Johanna groot Nibbelink.
Het lijkt mij toe dat met de vestiging van de familie Klomp-Vossers een heel stabiele periode is aangebroken voor het zo ydillisch gelegen huisje bij de pastorie. Engelbart zit mooi dicht bij de kerk, niets belet hem om zo nu en dan eens even naar de kerk te lopen om het orgel te bespelen. Het contact met de dominee betreffende de zondagse liturgie hoeft ook geen probleem op te leveren, althans geen geografische.
Johanna Groot Nibbelink krijgt er nog drie broertjes bij, zij het deze de naam Klomp gaan dragen. Op 26-09-1878 wordt Gerard Johannes Louis geboren, op 03-05-1880 Rudolf Johan en op 29-04-1883 Johannes Engelbertus.
Op 16-04-1907 overlijdt mevrouw Klomp-Vossers, waarna Engelbart op 17-11-1910 in het huwelijk treedt met HendrikaJohanna Schless, geboren in Dinxperlo op 14-12-1846.
Engelbart klomp zal in de loop der jaren zo’n beetje tot de inventaris van het dorp zijn gaan behoren, met name voor wat het reformatorische deel betreft. Terwijl kerkeraadsleden en predikanten aan- en aftraden was daar altijd de constante figuur in de persoon van organist Engelbart Klomp! Het is dan ook helemaal niet zo verwonderlijk dat de Silvoldenaren het huis van Klomp de naam “Klompshuis”hebben gegeven. Die naam heeft het tot in onze tijd uitgehouden, dit terwijl de Klomps het huis en het dorp toch al zo’n zeventig jaar geleden verlaten hebben.
Op 74 jarige leeftijd is Engelbart Klomp op 24-11-1917 ten zijnen huize overleden. Ruim vijftig jaar was hij organist van de Hervormde kerk en ruim veertig jaar woonde hij in het huisje bij de pastorie.
Foto: Charlotte Wolters 07-08-2019
Engelbart Klomp is samen met zijn eerste vrouw Dina Johanna Vossers op het protestants kerkhof in Silvolde begraven. Het graf ligt nog steeds in het midden van de begraafplaats aan de Terborgseweg 6
De zonen vinden hun weg en in 1921 vertrekt mevrouw Klomps-Schless naar Valburg.
Johanna Groot Nibbelink was in 1895 al naar Wassenaar vertrokken, maar al snel is ze in de Achterhoek terug, dit als echtgenote van de in Silvolde geboren onderwijzer Hermanus Wensink, achtereenvolgens onderwijzer te Terborg, Silvolde , Velp, Lintelo en Westendorp.
In 1922 verkopen de erven Klomp het huis aan de heer Jan Stroet in de Silvoldsche Buurt, welke het in het daaropvolgende jaar al weer overdoet aan de heer Adolf Janssen.
Van 1922 tot 1924 bewonen meester Bos en zijn gezin het huis. Johannes Bos is hoofdonderwijzer van de juist tot stand gekomen R.K. jongensschool aan de andere kant van de Ulftseweg.
Op 9 december 1924 nemen Adolf Jansssen en Grada Obrink en kinderen hun intrek, dit tot januari 1937, waarna het pand geschikt wordt voor dubbele bewoning. Wat je je in dit verband afvraagt is of de “voordeuren” in de zijmuren altijd al aanwezig waren of misschien in die jaren zijn aangebracht.
Op 24-04-1937 gaat Theodorus Marinus Rensen in de ene helft wonen en op 02-08-1938 Theodorus Gries in de andere. Langzamerhand belanden we in het nabij gelegen verleden. De oorlog en de Indische tijd laten ook Silvolde niet onberoerd. Dominee K.H.L. van Selms wordt nog legerpredikant en trekt een paar jaar op met de jongens die zich in de gordel van smaragd bevinden.
In het voorjaar van 1950 keert dominee Van Selms weer terug in de Silvoldse pastorie en hoort hij dat de heer Adolf Janssen het Klompshuis van de hand wil doen. Fluks stelt hij de kerkeraad en de kerkvoogdij voor het huis te kopen., dit als onderdeel van de zogeheten “Pastoralia “. Aldus geschiedt en in 1951 wordt het Klompshuis voor 5.800 gulden aan de pastoralia van de hervormde kerk toegevoegd. Gezien het begin van het artikel moeten we misschien schrijven: Weer aan de pastoralia toegevoegd.
=============
De familie Rensen handelde in geëmailleerde potten en pannen en betrok de tweede keus van het Vulcaansoord uit Terborg deze handel werd uitgevent langs de boeren in richting Beltrum en Zieuwent. De familie Rensen vertrok naar de Prins Bernhardstraat waar de Rijdende Winkel werd gestart.
Bewoners na 1951 :
Theet en Doortje Gries altijd aanloop en gezelligheid; met veel muziek en zang van o.a. het "wereldberoemde Griezen lied"
Doortje en Theet Gries en familie Bart Kolks toen deze het huis verlaten hebben heeft het vele jaren leeggestaan. De woning was niet meer te herstellen en in 1997/1998 kochten Charlotte en Robbie Wolters de bouwplaats en sloopten de restanten om plaats te maken voor een nieuwe woning.
Engelbart Klomp is samen met zijn eerste vrouw Dina Johanna Vossers op het protestants kerkhof in Silvolde begraven. Het graf ligt nog steeds in het midden van het kerkhof.